Weergave

Voordat u de luidsprekers aansluit

OPMERKING

Trek de stekker van het netsnoer uit het stopcontact voordat u de luidsprekers aansluit. Schakel ook de subwoofer uit.

Sluit de luidsprekerkabels zodanig aan, dat er geen kerndraden uit de luidsprekeraansluitingen steken. Het beveiligingscircuit kan geactiveerd worden wanneer de kerndraden in contact komen met het achterpaneel of wanneer de + en – draden met elkaar contact maken. (Beveiligingscircuitkoppeling)

Raak de luidsprekeraansluitingen nooit aan terwijl het netsnoer is aangesloten. Dit kan een elektrische schok veroorzaken. Wanneer “Setup assistent” (bladzijde 9 in de afzonderlijke “Snelhandleiding”) wordt uitgevoerd, volgt u de instructies op het scherm “Setup assistent” voor de aansluitingen. (Er wordt geen stroom geleverd naar de luidsprekersaansluitingen terwijl de “Setup assistent” actief is.)

Gebruik luidsprekers met een impedantie van 4 – 16 Ω/ohm.

OPMERKING

Voer de volgende instellingen uit wanneer u een luidspreker gebruikt met een impedantie van 4 – 6 Ω/ohm.

Houd ZONE2 SOURCE en STATUS op het hoofdtoestel minstens 3 seconden samen ingedrukt.

“V.Format:< PAL>” verschijnt op het display.

Druk drie keer op DIMMER op het hoofdtoestel.

“Sp.Imp.:<8ohms>” verschijnt op het display.

Druk op ZONE2 SOURCE of TUNER PRESET CH - op het hoofdtoestel om de impedantie te selecteren.

8ohms
(Standaard) :

Selecteer wanneer de impedantie voor alle aangesloten luidsprekers 8 Ω/ohm of hoger is.

6ohms:

Selecteer wanneer de impedantie voor elk van de aangesloten luidsprekers 6 Ω/ohm is.

4ohms:

Selecteer wanneer de impedantie voor elk van de aangesloten luidsprekers 4 Ω/ohm is.

Druk op STATUS op het hoofdtoestel om de instelling te voltooien.

De luidsprekerkabels aansluiten

Controleer de kanalen links (L) en rechts (R) en de polariteiten + (rood) en – (zwart) op de luidsprekers die op dit toestel worden aangesloten, en zorg dat u de kanalen en polariteiten correct aansluit.

Pel ongeveer 10 mm van de omhulling van het uiteinde van de luidsprekerkabel en draai de kerndraad stevig of sluit het uiteinde vast.
Connection-spCable1
Draai de luidsprekeraansluiting linksom om deze los te maken.
Connection-spCable2
Stop de kerndraad van de luidsprekerkabel in de greep in de luidsprekeraansluiting.
Connection-spCable3
Draai de luidsprekeraansluiting rechtsom om deze vast te maken.
Connection-spCable4

De subwoofer aansluiten

Gebruik een subwooferkabel om de subwoofer aan te sluiten. Er kunnen twee subwoofers op dit toestel worden aangesloten.

Hetzelfde signaal wordt uitgevoerd vanaf de respectieve subwooferterminals.

Conne SW2 N1200N

naar boven