De toon en balans aanpassen

De toon regelen

Druk op OPTION.

Het scherm met het optiemenu wordt weergegeven.

Gebruik de cursortoetsen omhoog/omlaag om “Tone” te selecteren en druk vervolgens op ENTER.
Gebruik de cursortoetsen omhoog/omlaag om “Bass” of “Treble” te selecteren en druk vervolgens op ENTER.

Als u een F.C.B.S.-aansluiting gebruikt, verschijnt na stap 3 een scherm voor het selecteren van de F.C.B.S.-ID (“Leader”, “Member 1”, “Member 2” of “Member 3”). Gebruik de cursortoetsen omhoog/omlaag om de ID van het apparaat dat u wilt instellen te selecteren en vervolgens op ENTER.

Gebruik de cursortoetsen cursor omhoog/omlaag om het volume van de lage of hoge tonen in te stellen.

Bass:

–10 dB – +10 dB (standaard: 0 dB)

Treble:

–10 dB – +10 dB (standaard: 0 dB)

Wanneer de ingangsbron is ingesteld op “Power Amp Balanced” of “Power Amp Unbalanced”, werkt de toonaanpassingsfunctie niet.

Wanneer de bron direct-modus is ingeschakeld, werkt de toonaanpassingsfunctie niet.

De volumebalans instellen

Druk op OPTION.

Het optiemenuscherm wordt weergegeven op het display.

Gebruik de cursortoetsen omhoog/omlaag om “Trim” te selecteren en druk vervolgens op ENTER.
Gebruik de cursortoetsen links/rechts om “Left” of “Right” te selecteren.

Als u een F.C.B.S.-aansluiting gebruikt, verschijnt na stap 3 een scherm voor het selecteren van de F.C.B.S.-ID (“Leader”, “Member 1”, “Member 2” of “Member 3”). Gebruik de cursortoetsen omhoog/omlaag om de ID van het apparaat dat u wilt instellen te selecteren en vervolgens op ENTER.

Gebruik de cursortoetsen omhoog/omlaag om de volumebalans aan te passen.

Left:

-∞ (minimum), -19,0 – 0 (maximum) (standaard: 0)

Right:

-∞ (minimum), -19,0 – 0 (maximum) (standaard: 0)

Wanneer de ingangsbron is ingesteld op “Power Amp Balanced” of “Power Amp Unbalanced”, werkt de functie voor het instellen van de volumebalans niet.

Wanneer de bron direct-modus is ingeschakeld, is de “Trim”-instelling ingesteld op 0 (maximaal).

naar boven